Organisaties Leren en Ontwikkelen

Daar brandt nog licht

De energietransitie is een urgente en omvangrijke uitdaging op maatschappelijk, technisch en economisch vlak. De sector kampt met een aanhoudend personeelstekort en is onderhevig aan snelle ontwikkelingen in economie, technologie en maatschappij. Om de doelen van het Klimaatverdrag van Parijs (2015) en het Nederlandse klimaatakkoord te behalen, zijn ingrijpende maatregelen nodig, vooral binnen de energietransitie.

De energietransitie vraagt om innovatieve oplossingen en samenwerking om een duurzame toekomst te waarborgen.

De energietransitie is een urgente en omvangrijke uitdaging op maatschappelijk, technisch en economisch vlak. De sector kampt met een aanhoudend personeelstekort en is onderhevig aan snelle ontwikkelingen in economie, technologie en maatschappij. Om de doelen van het Klimaatverdrag van Parijs (2015) en het Nederlandse klimaatakkoord te behalen, zijn ingrijpende maatregelen nodig, vooral binnen de energietransitie.

De energietransitie vraagt om innovatieve oplossingen en samenwerking om een duurzame toekomst te waarborgen.

Welke impact maakt dit onderzoeksproject?

De arbeidsmarkt voor beroepen rondom de energietransitie, zowel landelijk als in Noord-Brabant, is zeer krap. Er zijn grote kwalitatieve en kwantitatieve tekorten in alle klimaat-sectoren (elektriciteit, mobiliteit, landbouw, gebouwde omgeving, industrie). Naar schatting zijn er in Noord-Brabant op mbo-niveau tot 2030 tien- tot vijftienduizend extra gekwalificeerde mensen nodig.

Deze tekorten zijn mede door de urgentie en de doelstellingen van het Klimaatakkoord nog nijpender dan in andere sectoren. Doelstellingen worden niet gehaald als deze tekorten blijven bestaan. Het onderzoeksproject heeft daarom een grote impact: door nauwe samenwerking tussen onderwijsinstellingen, kennisinstellingen, het bedrijfsleven, de overheid en burgers in de gehele provincie wordt gestreefd naar het opleiden van meer en beter gekwalificeerde mensen voor de energietransitie.

Om de problemen op de arbeidsmarkt rondom de energietransitie aan te pakken, is constructieve samenwerking en kennisdeling nodig over de Noord-Brabantse regio’s (West Brabant, Hart van Brabant, Noord-Oost Brabant en Metropoolregio Eindhoven) heen.
 

Lees meer

Beoogde resultaten 
De ambitie om gezamenlijk te werken aan beter onderwijs voor de energietransitie past binnen de kernambitie van het samenwerkingsverband Kennispact MBO Brabant, waar de vijf deelnemende mbo-instellingen onderdeel van zijn.

Om deze kernambitie te realiseren wil Kennispact MBO Brabant naast het ontwikkelen van nieuwe opleidingen de volgende ambities waarmaken:

  1. In elke arbeidsmarktregio een sluitend opleidingsaanbod op maat realiseren voor de initiële opleidingen en voor de zittende werknemers (leven lang leren/ontwikkelen).
  2. Samen met gemeenten, UWV, Leerwerkloketten en andere relevante partijen in de regio een educatie-aanbod ontwikkelen voor mensen in de WW en WWB met het oog op maatschappelijke en arbeidsparticipatie. De scholen dragen zorg voor een zwaluwstaartverbinding met beroepsopleidingen. De scholen zijn ook bereid het voortouw te nemen bij de opzet en inrichting van deze regionale arrangementen die zijn afgestemd op de behoeften van de regio

Projectdoelstelling

Het doel van dit onderzoeksproject is om door nauwe samenwerking tussen onderwijsinstellingen, kennisinstellingen, het bedrijfsleven, de overheid en burgers in de provincie Brabant meer en beter gekwalificeerde mensen op te leiden voor de energietransitie. Daarnaast streeft het project naar voortdurende technologische innovatie en systeemdoorbraken binnen zowel het onderwijs als het bedrijfsleven in de regio.
 

De uitgangspunten voor samenwerking tussen de betrokken onderwijsinstellingen zijn:

  • Door intensiever samen te werken bij de ontwikkeling, uitvoering en organisatie wordt door de partners sneller onderwijs ontwikkeld en sneller ingespeeld op de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.
  • De partners hebben gezamenlijk een groot netwerk en daarmee een groot bereik in de provincie.
  • De partners hebben elk hun eigen expertise. Door samen te werken wordt sneller kennis gedeeld en gebruik worden gemaakt van elkaars expertise.
  • Door samen te werken kan naar grote bedrijven in de provincie of landelijk eenduidig worden gecommuniceerd.